Wat er volgens de profetie gaat gebeuren – een overzicht

Inleiding

De Bijbel heeft veel te zeggen over de eindtijd. Dé centrale gebeurtenis van de eindtijd is de wederkomst van Jezus. De Bijbel vertelt ons ook wat er aan de terugkomst van Jezus voorafgaat en wat er daarna zal gebeuren. In deze Bijbelstudie wordt een overzicht van die gebeurtenissen gegeven. Ze worden in chronologische volgorde besproken. In de Bijbelstudies die op deze studie volgen zullen we de meeste van deze gebeurtenissen verder bespreken.

1. De opname

  •  “Want dit zeggen wij u met een woord van de Heere, dat wij die levend zullen overblijven tot de komst van de Heere, de ontslapenen beslist niet zullen voorgaan. Want de Heere Zelf zal met een geroep, met de stem van een aartsengel en met een bazuin van God neerdalen uit de hemel. En de doden die in Christus zijn, zullen eerst opstaan. Daarna zullen wij, de levenden die overgebleven zijn, samen met hen opgenomen worden in de wolken, naar een ontmoeting met de Heere in de lucht. En zo zullen wij altijd bij de Heere zijn.” (1 Tessalonicenzen 4:15-17)

 De eerste grote gebeurtenis van de eindtijd is de opname van de gemeente. Jezus komt ons ophalen. We zullen in een oogwenk weggevoerd worden in de lucht. De opname zal plaats vinden voordat Gods oordelen over deze aarde komen. God heeft beloofd om ons daarvoor te bewaren: “Omdat u het woord van Mijn volharing hebt bewaard, zal Ik ook u bewaren voor het uur van de verzoeking [de grote verdrukking], die over heel de wereld komen zal, om hen die op de aarde wonen te verzoeken”  (Openbaring 3:10).

De opname wordt besproken in  Bijbelstudies 68 en 69.

 2. De verschijning van de antichrist

  •  “…Want die dag komt niet, tenzij eerst de afval gekomen is en de mens van de wetteloosheid, de zoon van het verderf, geopenbaard is, de tegenstander, die zich ook verheft boven al wat God genoemd of als God vereerd wordt, zodat hij als God in de tempel van God gaat zitten en zichzelf als God voordoet…En dan zal de wetteloze geopenbaard worden. De Heere zal hem verteren door de Geest van Zijn mond en hem tenietdoen door de verschijning bij zijn komst; hem, wiens komst overeenkomstig de werking van de satan is, met allerlei kracht, tekenen en wonderen van de leugen, en met allerlei misleiding van de ongerechtigheid in hen die verloren gaan, omdat zij de liefde voor de waarheid niet aangenomen hebben om zalig te worden “ (2 Tessalonicenzen 2:3,4,8-10)

 De volgende gebeurtenis is de komst van de antichrist. De antichrist wordt in dit vers de mens der wetteloosheid genoemd. De antichrist is de grote tegenstander van God. Hij verleidt, met hulp van de satan, de hele wereld tot opstand tegen God.

De openbaring van de antichrist zal drie en een half jaar voor de terugkomst van Jezus plaats vinden. Op dat moment zal de antichrist in de tempel in Jeruzalem gaan zitten, om aan de mensen te laten zien dat hij God is. “zodat hij als God in de tempel van God gaat zitten en zichzelf als God voordoet”[1] (2 Tessalonicenzen 2:4)

De antichrist zal de wereld verleiden om hem als God te aanbidden. Dat zal hij doen door grote tekenen en wonderen te verrichten. “hem, wiens komst overeenkomstig de werking van de satan is, met allerlei kracht, tekenen en wonderen van de leugen…” (2 Tessalonicenzen 2:9). De antichrist kan deze tekenen en wonderen verrichten omdat de satan hem daar bij helpt.

 Wanneer Jezus terug komt zal Hij de antichrist doden.“De Heere zal hem verteren door de Geest van Zijn mond en hem tenietdoen door de verschijning bij zijn komst” (2 Tessalonicenzen 2:8)

Punt 4 van Bijbelstudie 71B gaat over de openbaring van de antichrist.

Voor meer informatie over de antichrist, zie de drie Bijbelstudies over de antichrist. Bijbelstudies 71A, 71B en 71C.

 3. De grote verdrukking

  •  “Wanneer u dan de gruwel van de verwoesting, waarvan gesproken is door de profeet Daniël, zult zien staan op de heilige plaats – laat hij die het leest, daarop letten! – laten dan zij die in Judea zijn, vluchten naar de bergen. Wie op het dak is, moet niet naar beneden gaan om iets uit zijn huis te halen, en wie op de akker is, moet niet terugkeren naar wat hij achterliet om zijn kleren te halen…Want dan zal er een grote verdrukking zijn, zoals er niet geweest is vanaf het begin van de wereld, tot nu toe, en zoals er ook nooit meer zijn zal.” (Mattheüs 24:15-18,21)

 Aan de terugkomst van Jezus zal een periode van verschrikkelijke oordelen voorafgaan. Deze periode duurt drie en een half jaar. In Mattheus 24 noemt Jezus deze oordeelstijd de grote verdrukking. De grote verdrukking begint met de oprichting van een beeld voor de antichrist in de tempel in Jeruzalem (Openbaring 13:11-15). Dit is de gruwel der verwoesting waar Jezus het in deze verzen over heeft: “Wanneer u dan de gruwel van de verwoesting…zult zien staan op de heilige plaats….laten dan zij die in Judea zijn, vluchten….want dan zal er een grote verdrukking zijn…”. De grote verdrukking eindigt met de terugkomst van Jezus (Mattheus 24:29,30).

De grote verdrukking wordt in de Bijbel vaak, ‘de dag des Heren’, genoemd. Vooral de profeten van het Oude Testament spreken vaak over de dag des Heren. [2]

De grote verdrukking is een unieke periode in de geschiedenis van de mens. “Want dan zal er een grote verdrukking zijn, zoals er niet geweest is vanaf het begin van de wereld, tot nu toe, en zoals er ook nooit meer zijn zal”  (Mattheus 24:21). Niets zal er mee te vergelijken zijn. Deze periode van drie en een half jaar zal gekenmerkt worden door verschrikkelijke oordelen. De mensheid zal zoals nooit tevoren kennismaken met Gods toorn over de zonde.  Deze verschrikkelijke oordelen worden beschreven in Openbaring 6-19. Vanwege deze oordelen wordt de grote verdrukking in Openbaringen 6:16,17, ‘de toorn van het Lam’, genoemd. “En zij zeiden tegen de bergen en de rotsen: Val op ons en verberg ons voor het aangezicht van Hem Die op de troon zit, en voor de toorn van het Lam. Want de grote dag van Zijn toorn is aangebroken en wie kan dan staande blijven?”

Bij de grote verdrukking zullen we stilstaan in Bijbelstudies 70A en 70B.

 4. De bekering van het volk Israël

  •  “Want ik wil niet, broeders, dat u geen weet hebt van dit geheimenis (opdat u niet wijs zou zijn in eigen oog), dat er voor een deel verharding over Israël is gekomen totdat de volheid van de heidenen is binnengegaan. En zo zal heel Israël zalig worden, zoals geschreven staat; De Verlosser zal uit Sion komen en zal de goddeloosheden afwenden van Jakob” (Romeinen 11:25,26)
  • “Op die dag zal het gebeuren dat Ik alle heidenvolken die tegen Jeruzalem oprukken, zal willen wegvagen. Maar over het huis van David en over de inwoners van Jeruzalem zal ik de Geest van de genade en de gebeden uitstorten Zij zullen Mij aanschouwen Die zij doorstoken hebben. Zij zullen over Hem rouw bedrijven, als met de rouwklacht over een enig kind; en zij zullen over Hem bitter klagen, zoals men bitter klaagt over een eerstgeborene…Op die dag zal er een bron geopend worden voor het huis van David en voor de inwoners van Jeruzalem tegen de zonde en tegen de onreinheid.” (Zacharia 12:9,10; 13:1)

 Tegen het einde van de grote verdrukking, vlak voordat Jezus terugkomt, zal het volk Israël zich massaal bekeren en tot geloof in Jezus komen. Dan zal God hun zonden vergeven en Zijn Geest over hen uitstorten.[3]

 5. De wederkomst van Jezus

  •  “En meteen na de verdrukking van die dagen zal de zon verduisterd worden en de maan zal zijn schijnsel niet geven en de sterren zullen van de hemel vallen en de krachten van de hemelen zullen heftig bewogen worden. En dan zal aan de hemel het teken van de Zoon des mensen verschijnen; en dan zullen al de stammen van de aarde rouw bedrijven en zij zullen de Zoon des mensen zien, als Hij op de wolken van de hemel komt met grote kracht en heerlijkheid.” (Mattheus 24:29,30)

 Aan het eind van de grote verdrukking zal Jezus terugkomen. “En meteen na de verdrukking van die dagen zal de zon verduisterd worden…En dan zal…de Zoon des mensen verschijnen…” Dat zal een buitengewoon indrukwekkende gebeurtenis zijn. Alle mensen op aarde zullen deze gebeurtenis zien. “en zij zullen de Zoon des mensen zien, als Hij op de wolken van de hemel komt met grote kracht en heerlijkheid” Het eerste wat Jezus zal doen, is de opstand die tegen Hem uitgebroken is neerslaan (Openbaring 19:11-21). De antichrist en alle legers die naar Jeruzalem toegestroomd zijn, zullen door Jezus verschijning volkomen vernietigd worden.

 Dit is de centrale gebeurtenis van de eindtijd. De wederkomst van Christus wordt uitgebreid besproken in de Bijbelstudies 17 en 18. Deze studies staan in boek I.

6. Het oordeel over de volken

  •  “Wanneer de Zoon des mensen komen zal in Zijn heerlijkheid en al de heilige engelen met Hem, dan zal Hij zitten op de troon van Zijn heerlijkheid. En voor Hem zullen al de volken bijeengebracht worden, en Hij zal ze van elkaar scheiden zoals de herder de schapen van de bokken scheidt. En Hij zal de schapen aan Zijn rechterhand zetten, maar de bokken aan Zijn linkerhand. Dan zal de Koning zeggen tegen hen die aan Zijn rechterhand zijn: Kom, gezegenden van Mijn vader, beërf het Koninkrijk dat voor u bestemd is vanaf de grondlegging van de wereld…Dan zal Hij ook zeggen tegen hen die aan de linkerhand zijn: Ga weg van Mij, vervloekten in het eeuwige vuur, dat voor de duivel en zijn engelen bestemd is.” (Mattheus 25:31-34,41)

Nadat Jezus de opstand neergeslagen heeft, zal Hij op de troon van Zijn heerlijkheid gaan zitten om de volken te oordelen. “Wanneer de Zoon des mensen komen zal…zal Hij zitten op de troon van Zijn heerlijkheid” Alle mensen die op dat moment nog in leven zijn, worden bij elkaar gebracht voor Zijn troon. “En voor Hem zullen al de volken bijeengebracht worden”, vervolgens zal Jezus bepalen wie het duizendjarige vrederijk binnen mogen gaan en wie niet. Tot hen die het koninkrijk binnen mogen gaan zal hij zeggen: “Kom, gezegenden van Mijn vader, beërf het Koninkrijk dat voor u bestemd is vanaf de grondlegging van de wereld”. En tot hen die zijn koninkrijk niet binnen mogen gaan, zal hij zeggen: “Ga weg van Mij, vervloekten in het eeuwige vuur, dat voor de duivel en zijn engelen bestemd is”.

Dit oordeel wordt vaak verward met ‘het laatste oordeel’. ‘Het laatste oordeel’ wordt in punt 9 besproken. Het oordeel over de volken is niet hetzelfde als het laatste oordeel. Er zijn duidelijke verschillen. Het oordeel over de volken vindt plaats aan het begin van het duizendjarige vrederijk, terwijl het laatste oordeel plaats vindt na het duizendjarige vrederijk. Tijdens het oordeel over de volken zijn zowel gelovigen als ongelovigen aanwezig. Terwijl bij het laatste oordeel alleen ongelovigen aanwezig zijn.[4]

Voor een bespreking van het oordeel over de volken zie punt twee van Bijbelstudie 77 over de Bijbelse oordelen. Zie ook punt één van bijbelstudie 74A over het duizendjarige vrederijk.

Het duizendjarige vrederijk

  •  “Dan zal de HEERE uittrekken en tegen die heidenvolken strijden, zoals Hij streed, op de dag van de strijd. Op die dag zullen Zijn voeten staan op de Olijfberg, die voor Jeruzalem ligt…Dan zal de HEERE, mijn God, komen: al de heiligen met U!…De HEERE zal Koning worden over heel de aarde. Op die dag zal de HEERE de Enige zijn en Zijn Naam de enige.” (Zacharia 14:3,4,5,9)
  •  “Het zal in het laatste der dagen geschieden dat de berg van het huis van de HEERE vast zal staan als de hoogste van de bergen, en dat hij verheven zal worden boven de heuvels, en dat alle heidenvolken ernaartoe zullen stromen. Vele volken zullen gaan en zeggen: Kom, laten wij opgaan naar de berg van de HEERE, naar het huis van de God van Jakob; dan zal Hij ons onderwijzen aangaande Zijn wegen, en zullen wij Zijn paden bewandelen. Want uit Sion zal de wet uitgaan, en het woord van de HEERE uit Jeruzalem. Hij zal oordelen tussen de heidenvolken en veel volken vonnissen. En zij zullen hun zwaarden omsmeden tot ploegscharen en hun speren tot snoeimessen. Geen volk zal tegen een ander volk het zwaard opheffen. Oorlog voeren zullen zij niet meer leren” (Jesaja 2:2-4)

 Nadat Jezus de volken geoordeeld heeft, zal Hij koning worden over deze aarde in Jeruzalem. “De HEERE zal Koning worden over heel de aarde.” Deze heerschappij zal duizend jaar duren (Openbaringen 20:1-5). Dit zal een tijd van ongekende vrede, zegen en voorspoed zijn. Tijdens deze periode van duizend jaar zal de satan gebonden zijn (Openbaring 20:1-3).

 Voor een bespreking van het duizendjarige vrederijk zie Bijbelstudies 70A en 70B.

 7. De laatste opstand

  •  “En wanneer die duizend jaar tot een einde gekomen zijn, zal de satan uit zijn gevangenis worden losgelaten. En hij zal uitgaan om de volken te misleiden…om hen te verzamelen voor de oorlog….Maar er daalde vuur van God neer uit de hemel en dat verslond hen. En de duivel, die hen misleidde, werd in de poel van vuur en zwavel geworpen…” (Openbaring 20:7-10)

 Direct na het duizendjarige vrederijk zal de satan voor een korte tijd los gelaten worden. In deze korte tijd zal hij de volken opnieuw leiden in een opstand tegen God. Ook deze opstand wordt neergeslagen. De satan wordt daarna in de hel geworpen.

 8. Het laatste oordeel

  •  “En ik zag een grote witte troon, en Hem Die daarop zat. Voor Zijn aangezicht vluchtten de aarde en de hemel weg, zodat er geen plaats meer voor hen te vinden was. En ik zag de doden, klein en groot, voor God staan. En de boeken werden geopend en nog een ander boek werd geopend, namelijk het boek des levens. En de doden werden geoordeeld overeenkomstig wat in de boeken geschreven stond, naar hun werken…. En als iemand niet bleek ingeschreven te zijn in het boek des levens, werd hij in de poel van vuur geworpen. “ (Openbaring 20:11,12,15)

 De volgende gebeurtenis is het laatste oordeel. Nadat de laatste opstand is neergeslagen zullen de ongelovigen geoordeeld worden. Alle ongelovigen die ooit geleefd hebben, zullen uit de dood opstaan en verzameld worden voor de troon van Jezus.  Tijdens dit oordeel zal officieel vast gesteld worden dat zij het oordeel van de hel verdiend hebben.

Zie Bijbelstudie 76 over het laatste oordeel.

9. De nieuwe hemel en de nieuwe aarde

  •  “Maar wij verwachten, overeenkomstig Zijn belofte, nieuwe hemelen en een nieuwe aarde, waar gerechtigheid woont. ” (2 Petrus 3:13)
  • “En ik zag een nieuwe hemel en een nieuwe aarde, want de eerste hemel en de eerst aarde waren voorbijgegaan. En de zee was er niet meer. En ik, Johannes, zag de heilige stad, het nieuwe Jeruzalem, neerdalen van God uit de hemel, gereedgemaakt als een bruid die voor haar man sierlijk gemaakt is. En ik hoorde een luide stem uit de hemel zeggen: Zie, de tent van God is bij de mensen en Hij zal bij hen wonen, en zij zullen Zijn volk zijn, en God Zelf zal bij hen zijn en hun God zijn. En God zal alle tranen van hun ogen afwissen, en de dood zal er niet meer zijn; ook geen rouw, jammerklacht of moeite zal er meer zijn. Want de eerst dingen zijn voorbijgegaan” (Openbaring 21:1-4)

Na het laatste oordeel begint de eeuwigheid op de nieuwe hemel en de nieuwe aarde. Het centrum van de nieuwe hemel en de nieuwe aarde is het hemelse Jeruzalem. Daar zal God voor eeuwig onder de mensen wonen. De nieuwe hemel en de nieuwe aarde zullen volmaakt zijn. Want hier zal geen lijden meer zijn en dood, en ook de zonde zal er niet meer zijn. “en de dood zal er niet meer zijn; ook geen rouw, jammerklacht of moeite zal er meer zijn”

De nieuwe hemel en de nieuwe aarde worden besproken in Bijbelstudie 79.

Toetsvragen

1. Wat is de opname?
2. Wanneer vindt de opname plaats?
3. Met welke gebeurtenis begint de grote verdrukking?
4. Wat is de grote verdrukking?
5. Met welke gebeurtenis eindigt de grote verdrukking?
6. Hoeveel jaar zal Jezus op deze aarde regeren na zijn terugkomst?
7. Wat is het oordeel over de volken?
8. Welke gebeurtenis vindt er plaats aan het eind van het duizendjarige vrederijk?
9. Welk oordeel vindt er plaats na het duizendjarige vrederijk?
10. Met welke gebeurtenis eindigt de Bijbel?

[1] De Joden zullen voordat Jezus terugkomt de tempel in Jeruzalem herbouwen.

[2] De uitdrukking, “de dag des Heren”, komt drieëntwintig keer voor. Zie bijvoorbeeld Jesaja 2:12; Joel 1:15; Zacharia 14:1; Zefanja 1:14-18; 2 Thessalonicenzen 2:2; 2 Petrus 3:10.

[3] Zie de bespreking van de tuchtiging van het volk Israël onder punt drie van Bijbelstudie 70A over de grote verdrukking. Zie de bespreking van Romeinen 11 onder punt één van Bijbelstudie 75B.

[4] Voor een bespreking van de verschillen zie punt vier van Bijbelstudie 77.